241 beroepen op de nieuwe knelpuntberoepenlijst van VDAB
Vlaams minister van Werk Jo Brouns kondigt vandaag de nieuwe knelpuntberoepenlijst van VDAB aan. Dat is een prioriteitenlijst van beroepen waarvoor de invulling van vacatures moeilijker verloopt dan voor andere beroepen. Dit jaar staan er 241 knelpuntberoepen op de nieuwe knelpuntberoepenlijst, dat zijn er 7 meer dan vorig jaar. In de top 10 van zwaarste knelpuntberoepen staat de technicus voor industriële installaties voor het eerst op één, gevolgd door verpleegkundige en schoonmaker bij mensen thuis. Onder meer met knelpuntopleidingen en werkplekleren willen minister Brouns en VDAB de knelpuntberoepen aanpakken.
“Met de knelpuntberoepenlijst van VDAB meten we elk jaar de temperatuur op de arbeidsmarkt. Na een stijging met 27 beroepen vorig jaar, kennen we ook dit jaar opnieuw een stijging (+7). Ongeveer 40% van alle beroepen hebben vandaag een knelpuntkarakter. Deze nieuwe cijfers tonen aan dat de krapte op de arbeidsmarkt nijpend blijft en ook de komende jaren niet zomaar zal verdwijnen. Ik trek dan ook voluit de kaart van opleiding en levenslang leren om deze knelpuntberoepen in te vullen, in het bijzonder voor talenten die vandaag (nog) niet actief zijn op de arbeidsmarkt. Via werkplekleren laten we zo snel mogelijk ook de werkvloer aan bod komen waardoor de werkzoekende al doende de nodige competenties voor een bepaalde job verwerft. Een win-win voor zowel de betrokkene als de werkgever die zijn vacatures wil invullen. ”, aldus Vlaams minister van Werk Jo Brouns
Vandaag publiceert VDAB zijn jaarlijkse knelpuntberoepenlijst. Ondanks de economische onzekerheid en voorzichtigheid bij werkgevers blijft de arbeidsmarkt voor een aantal profielen zeer krap. In 2024 neemt het aantal knelpuntberoepen toe. Op de VDAB knelpuntberoepenlijst voor 2024 staan 241 beroepen. Dat zijn er zeven meer dan vorig jaar.
Dat een beroep een knelpuntberoep is kan aan het grote aantal vacatures liggen, maar ook aan de arbeidsomstandigheden zoals weekend- of avondwerk, of diploma-vereisten. Het onderzoek naar de knelpuntberoepen is steeds gebaseerd op twee pijlers: een kwantitatieve studie op basis van gegevens die VDAB heeft over vacatures en werkzoekenden, en een uitgebreide kwalitatieve bevraging van relevante sectororganisaties en experten van VDAB.
Het is daarenboven niet alleen voor de 241 knelpuntberoepen, maar voor de meeste beroepen een uitdaging om mensen te vinden. De spanningsindicator, dat is de verhouding tussen het aantal werkzoekenden en het aantal vacatures, gaf in december 2023 aan dat er per vacature gemiddeld slechts 2,3 kandidaten zijn. De knelpuntberoepenlijst is dan ook vooral een prioriteitenlijst met beroepen waarvoor de invulling van vacatures moeilijker verloopt dan voor de andere beroepen.
Technicus voor industriële installaties
Vooral de zoektocht naar technisch personeel blijft voor vele werkgevers bijzonder moeilijk. Zo voert technicus industriële installaties de top tien van knelpuntberoepen aan. Ook technicus industriële automatisering en onderhoudsmecanicien staan in deze top tien, net als een aantal specifieke bouwberoepen zoals werfleider, calculator bouw en – voor het eerst – wegenwerker. Verpleegkundige blijft ook één van de grootste knelpuntberoepen, net zoals schoonmaker bij mensen thuis, medewerker in de fruitteelt en accountant.
De oorzaak van het knelpunt ligt niet altijd enkel bij een tekort aan kandidaten. De vraag naar specifieke competenties zoals communicatieve vaardigheden, klantvriendelijkheid, commercieel-technische kennis en talenkennis maakt het soms moeilijk om geschikte werknemers te vinden. Gebrek aan ervaring of mobiliteitsproblemen vormen dikwijls bijkomende hinderpalen. Daarnaast bemoeilijken ook specifieke arbeidsomstandigheden zoals zwaar fysiek werk, weekend- en avondwerk, deeltijdse en tijdelijke contracten het vinden van kandidaten. De kloof tussen de verwachtingen van kandidaten en werkgevers is soms groot en bemoeilijkt een vlotte invulling van vacatures.
241 kansenberoepen
Op basis van deze lijst erkent VDAB opleidingen voor knelpuntberoepen. Dat betekent dat werkzoekenden deze opleidingen gratis kunnen volgen. Ze behouden hun uitkering, en VDAB komt tussen in de onkosten voor vervoer en kinderopvang. In 2023 volgden werkzoekenden 16.920 knelpuntopleidingen, dat is ongeveer 76% van het totale aantal gevolgde opleidingen bij VDAB (cijfers t.e.m. september 2023).
VDAB gaat daarnaast ook langs bij werkgevers met knelpuntvacatures. Deze werkgevers kunnen rekenen op dienstverlening op maat. Zo leidt VDAB kandidaten op maat van de vacature op. Dat betekent dat VDAB voorziet in basisopleidingen, en een kandidaat daarna tijdens een stage zijn opleiding kan voltooien bij de werkgever. Voor anderstaligen is job- en taalcoaching op de werkvloer mogelijk.
Vlaams minister van Werk Jo Brouns: “Om meer mensen te stimuleren om een knelpuntopleiding te volgen, ging in uitvoering van het Vlaamse Werkgelegenheidsakkoord in het najaar de knelpuntpremie van start. Sinds 1 september 2023 kunnen mensen die langer dan twee jaar niet-beroepsactief zijn, een premie krijgen als ze een langdurige opleiding volgen voor een knelpuntberoep. Uit eerste cijfers blijkt dat vandaag al 230 mensen er gebruik van maakten. Dat is een goede start, maar uiteraard mikken we hoger en zal VDAB de komende weken en maanden samen met diverse partnerorganisaties dit instrument extra in de kijker zetten.”
Wim Adriaens, CEO van VDAB: “De knelpuntberoepen zijn in feite kansenberoepen: het zijn de beroepen met de grootste kans op werk. Daarom investeren we in deze beroepen. Werkzoekenden kunnen gratis een opleiding volgen voor een knelpuntberoep. Werkgevers met vacatures voor een knelpuntberoep kunnen onze hulp inschakelen. Tegelijkertijd weten we dat we kunnen proberen om de krapte te verlichten, maar de oorzaken voor de krapte kunnen we niet oplossen. De stuwende kracht achter de krapte is namelijk de vergrijzing. Voor structurele knelpuntberoepen moeten we nadenken over het sneller introduceren van technologieën en businessmodellen die de productiviteit kunnen verhogen en de vraag naar arbeidskrachten kunnen verminderen.”